In PutD 2017-03 hebben we het levensverwachtingsaanpassingsmechanisme geïntroduceerd, kortweg LAM genoemd. Het LAM is een mechanisme in de Algemene Ouderdomswet (hierna: AOW) en het fiscale pensioenkader in de wet Loonbelasting dat er voor zorgt dat als de geprognotiseerde (stijging van de) levensverwachting doorzet, zowel de AOW-gerechtigde leeftijd als de pensioengerechtigde leeftijd voor het werknemerspensioen opschuift. Een nogal technische formule die, hoewel identiek voor beide wetten, een andere consequentie uit het resultaat van de formule afleidt. De grote onbekende grootheid is de verwachte resterende levensverwachting van een 65 jarige. Deze resterende levensverwachting wordt door het CBS jaarlijks gepubliceerd
Resultaten
De estafette ODV
De aanspraak ingevolge een oudedagsverplichting, de ODV, is een bijzondere vorm van oudedagssparen met kenmerken van een pensioen en een lijfrente. Een ogenschijnlijk eenvoudige fiscale vorm die echter adviseurs al voor vele hoofdbrekens heeft gezorgd. Niet op fiscaal vlak, hoewel, er zijn inmiddels al heel veel Vragen & Antwoorden door het centraal aanspreekpunt pensioenen van de belastingdienst gepubliceerd om de summiere fiscale wetgeving te verduidelijken. De hoofdbrekens zitten vooral in de consequenties voor het erfrecht en de erfbelasting.
Dubbel pandrecht is fataal voor pensioen
Ondernemers kiezen er vaak voor om het vermogen in de vennootschap te beleggen in onroerend goed. Onroerend goed is een illiquide belegging en daarmee risicovol als er direct geld benodigd is, bijvoorbeeld voor pensioen. Zeker als het dient ter dekking voor het opgebouwde pensioen. Op 13 september 2018 heeft de Rechtbank Noord-Holland geoordeeld dat een pensioen is afgekocht als gevolg van het vestigen van een tweede pandrecht op een woonhuis waarop de vennootschap een eerste pandrecht had gevestigd.
Passief pensioen is afzien van pensioen
In een casus die via de Rechtbank Den Haag en het Gerechtshof Den Haag uiteindelijk bij de Hoge Raad terecht is gekomen heeft de Advocaat-Generaal op 16 november 2018 zijn conclusie gepubliceerd. Conclusie: zolang er in de vennootschap middelen voorhanden zijn, moet het pensioen gewoon worden uitgekeerd. Passief pensioen is afzien van pensioen.
De ODV-checklist: onmisbaar voor uw adviespraktijk.
Bij de totstandkoming van de Wet uitfasering van pensioen in eigen beheer en overige fiscale pensioenmaatregelen in 2017 hebben wij er bewust voor gekozen de keuzes omtrent de afwikkeling van de opgebouwde pensioenen in eigen beheer te koppelen aan de pensioendoelstelling van de verplichting. Namelijk, het alloceren van een deel van het vennootschappelijke vermogen voor een inkomen voor straks. Dus de keuzes niet louter laten afhangen van het fiscale voor- of nadeel nu. Pensioen is namelijk niet uitsluitend een aftrekpost voor de vennootschapsbelasting geweest, maar voorziet in een inkomensvoorziening voor het gezin.
Hardvochtige opstelling CAP gecorrigeerd door toepassing hardheidsclausule
Een van de meest controversiële antwoorden van het CAP inzake de uitfasering van het pensioen in eigen beheer was in april 2017, vraag en antwoord 17-016. Dit betrof een vraag over de afkoopwaarde en met name de afkoopkorting bij afkoop van een reeds ingegaan partnerpensioen indien de DGA overleden was na 31 december 2015 maar voor de afkoopdatum. Op grond van de tekst van artikel 38o lid 1 wet LB wordt de afkoopkorting verleend over de fiscale pensioenverplichting op het moment van afkoop of indien deze lager is, over de fiscale pensioenverplichting per 31 december 2015. En in deze laatste bepaling schuilt het probleem. Het CAP redeneert als volgt.
Echtscheiding en afkoop van pensioen, de eerste jurisprudentie
In 2017 is er naar aanleiding van de Wet uitfasering pensioen in eigen beheer (hierna: WUPEB) door DGA’s met regelmaat gebruik gemaakt van de mogelijkheid om op fiscaal voordelige wijze het pensioen af te kopen. In de vakliteratuur en in de praktijk is er veelvuldig gediscussieerd in welke situaties en op welke wijze de partner van de DGA in dat geval gecompenseerd zou moeten worden. Deze veelal theoretische discussie krijgt natuurlijk een geheel andere lading als er kort na het realiseren van de afkoop daadwerkelijk sprake is van echtscheiding. De eerste rechtszaken hierover moeten nog gevoerd worden. Afkoop van pensioen komt ook buiten de context van de WUPEB incidenteel voor. Een geschil bij echtscheiding waarin afkoop van pensioen een rol speelde heeft de afgelopen jaren zijn weg in het juridisch circuit gevonden. Op 13 juli 2018 heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan in deze zaak.
De premieovereenkomst als pensioenregeling (deel 3).
In twee eerdere uitgaven van dit blad (Putd 2018-10 en 2018-13) hebben we de premieovereenkomst geïntroduceerd en de life cycles. We hebben laten zien wat het verschil in risicoprofiel doet met de kans op een adequaat pensioen. Ook hebben we de (on-) zin van de rentediscussie besproken. Life cycles zijn zo vormgegeven dat ze voorsorteren op een stabiel pensioenresultaat en in belangrijke mate ongevoelig zijn voor renteschommelingen. Life cycles zijn dus geen vermogensopbouwproducten. Om een hoog pensioen te krijgen is het van belang om vooral vroeg te beginnen met premie betalen en zoveel mogelijk premie in te leggen. Fiscaal wordt daarin heel veel ruimte geboden.
ODV en echtscheiding
De ODV is in het civiele recht nog een onbekende fi guur. Dit betekent dat bij een overlijden (zie PUTD 2018-9) en ook bij een echtscheiding, de huidige wet- en regelgeving en jurisprudentie omtrent pensioen daarvoor in principe los gelaten zal moeten worden en opnieuw ingevuld zal moeten worden. De belastingdienst begint in vraag en antwoord 18-006i met de introductie van een voorwaardelijke ODV alvast met fi scale facilitering van de civielrechtelijk nog niet ingevulde wet- en regelgeving. Deze invulling is voor de praktijk overigens wel wenselijk. In het vraag en antwoord wordt ingegaan op de vervreemding en op de omzetting van een ODV in een andere ODV bij echtscheiding. Volgens de belastingdienst is dan via de schakelbepaling in artikel 38p lid 4 wet LB het voor pensioen geldende artikel 19b lid 3 wet LB van toepassing. Hierdoor kan een ODV evenals een pensioen, in het kader van echtscheiding geruisloos (zonder directe loonbelastingheffi ng) worden vervreemd of omgezet.
Echtscheiding, verrekening van pensioen en lijfrente met een woonhuis belast
Op 14 december 2017 heeft Hof Den Boschi een voor de praktijk belangwekkend arrest gewezen. In dit arrest wordt geconcludeerd dat verrekening van vermogensbestanddelen waarop een uitgestelde belastingclaim ligt, zoals lijfrente en pensioen met onbelaste vermogensbestanddelen (in dit geval een woonhuis) leidt tot belastingheffi ng.