Sinds 1 januari 2013 mogen adviseurs, bemiddelaars en aanbieders van financiële producten geen provisie meer berekenen. Het provisieverbod geldt voor onder andere complexe financiële producten, zoals pensioenverzekeringen en levensverzekeringen. Soms lijkt het erop alsof aanbieders van financiële producten het provisieverbod omzeilen. Of dan echt sprake is van een overtreding van het provisieverbod, is niet altijd even duidelijk. Op 23 september 2021 zijn hierover Kamervragen beantwoord.
Resultaten
De lijfrente-aftrekruimte 2021
Om voor aftrek van lijfrentepremies in aanmerking te komen, moet je klant in het bezit zijn van een box 1-lijfrente. En natuurlijk moeten op zo’n lijfrente dan ook premies zijn betaald. Niet betaald, betekent zonder meer geen aftrek. Als er lijfrentepremies zijn betaald, wil dat niet zeggen dat alles aftrekbaar is. De Wet IB 2001 kent zo zijn begrenzingen. Wil je klant nog voor 2021 voor lijfrentepremie-aftrek in aanmerking wil komen, dan moeten de premies tijdig betaald worden. Bepaal dan wel eerst de aftrekruimte!
Focus op ingangsdata oudedagsvoorzieningen in eigen beheer
Bij pensioen- en lijfrenteverplichtingen die in eigen beheer worden uitgevoerd, is het belangrijk dat je bepaalde termijnen in de gaten houdt. Alleen dan kun je optimaal gebruik maken van de diverse adviesmogelijkheden. Want die zijn er!
Vast termijnverzekering is spaarcontract na premievrijmaking. Werk aan de winkel!
Het Gerechtshof Den Haag heeft op 10 april 2021 uitspraak gedaan in een zaak waarbij de fiscale kwalificatie van een vaste termijnverzekering in geding was. De zaak diende al voor de Hoge Raad en werd ‘met een opdracht’ terugverwezen naar Gerechtshof Den Haag. Door middel van uitleg van de overeenkomst moest het Hof, met toepassing van de Haviltex-maatstaf, de aard en inhoud ervan beoordelen.
Overzicht recente wetten en wetsvoorstellen inzake lijfrenten
Het PensioenAkkoord van medio 2019 krijgt qua uitwerking steeds meer vorm. In dat kader zijn al diverse wetsvoorstellen ontworpen. Sommige wetsvoorstellen zijn reeds tot wet verheven. Andere wetsvoorstellen zijn tot op heden niet verder gekomen dan een internetconsultatieronde. In deze bijdrage worden de belangrijkste wijzigingen besproken die de wetten en wetsvoorstellen met zich meebrengen voor het lijfrenteregime.
20% revisierente bij afkoop lijfrente over volledige waarde verschuldigd!?
Recent heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een zaak waarbij twee geschilpunten speelden voor waar het gaat om de hoogte van de aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen bij afkoop van een nieuw regime lijfrente. Daarbij was onder meer (de hoogte van) de verschuldigde revisierente in geschil.
Van erfgenamen-ODV naar een uitgestelde eigen lijfrente
In een onlangs gepubliceerd vraag en antwoord van de Belastingdienst is een bevestiging te vinden dat een geërfde ODV omgezet kan worden naar een eigen uitgestelde lijfrente. Het V&A 20-008 handelde over de vraag of een door een erfgenaam verkregen uitkeringsrecht op een ODV aangewend kan worden voor een direct ingaande tijdelijke nabestaandenlijfrente die uitkeert aan de erfgenaam zelf. Deze op zich best wel complex omgeschreven vraag kan het beste aan de hand van een voorbeeld toegelicht worden.
De uitkerende lijfrente in beleggingseenheden, alternatief voor garantie
De lage marktrente betekent dat er met een lijfrentekapitaal een lage gegarandeerde uitkering aangekocht kan worden. Dit is een van de redenen waarom een uitkerende beleggingslijfrente snel aan populariteit wint. Vooral vermogensbeheerders die zich kwalificeren als beleggingsonderneming, in de zin artikel 3.126 wet IB, komen met deze producten. Verzekeringsmaatschappijen en banken blijven met de productontwikkeling nog achter. Afgezet tegen de gegarandeerde bancaire lijfrente leidt de uitkerende beleggingslijfrente naar verwachting tot een fors hogere
uitkering en gelet op de beleggingshorizon van tenminste 20 jaar bij een levenslange bancaire lijfrente kan er wel risico gelopen worden. Bij een uitkeringsperiode van 20 jaar zijn ook in de slecht weer scenario’s, de verwachte uitkeringen nog hoger dan de gestorte koopsom.
Compensatie aan partner ter voorkoming belaste schenking, van uitstel naar afstel?
Tijdens de parlementaire behandeling van de wet Uitfasering pensioen in eigen beheer in vergaderjaar 2016-2017 is uitgebreid aandacht besteed aan de positie van de partner. Immers, bij het afkopen van het pensioen in eigen beheer of het omzetten naar een ODV verdween ook het afgeleide recht van de partner op de helft van het tijdens het huwelijk opgebouwde ouderdomspensioen en het recht op het partnerpensioen. De partner zou voor het verlies van deze afgeleide rechten gecompenseerd moeten worden, zo niet dan zou er sprake zijn van een belaste schenking. Verder heeft de staatssecretaris destijds na enig aandringen nog opgemerkt dat er geen sprake zou zijn van een belaste schenking wanneer er sprake was van gemeenschap van goederen of een daarmee overeenkomend verrekenbeding. Vervolgens bleef het érg lang stil. Totdat er op 11 december 2020, bijna 4 jaar na de eerste mogelijkheid tot uitfasering, als mosterd na de maaltijd, een ‘Handreiking vaststellen compensatie ter voorkoming van een belaste schenking’ werd gepubliceerd. Een verklaring waarom een dergelijke handreiking nu pas wordt gepubliceerd ontbreekt.
Afrekenverplichting zuivere saldolijfrenten en de aangifte IB 2020
De aangifte inkomstenbelasting 2020 kan vanaf 1 maart 2021 online worden gedaan. De aangifte over dit belastingjaar verdient extra aandacht, omdat dit jaar – eenmalig – over de afrekening op 31 december 2020 van zuivere saldolijfrenten aangifte moeten worden gedaan. In deze bijdrage worden de specifieke aandachtspunten besproken.