De staatssecretaris van Financiën heeft de zoveelste door hem gestelde deadline om duidelijkheid te verschaffen omtrent de toekomst van het DGA-pensioen wederom niet gehaald. Deze deadline stond nu op 1 mei jongstleden. Vandaar ook dat wij als redactie gemeend hadden deze uitgave van Pensioen up to Date volledig in het teken van de nieuwe plannen te stellen. Dat verklaart waarom dit nummer zo laat verschijnt, hopende op nieuws vanuit Financiën. Helaas, dit keer dus zonder een analyse van de plannen van Wiebes. Want die zijn er, bij het te perse gaan van dit nummer, nog niet. Erg vervelend bovendien is dat ons actualiteitenseminar, dat we jaarlijks organiseren samen met Wolters Kluwer, tot twee keer toe is verzet. Tot teleurstelling van vele betrokken abonnees die zich al hadden ingeschreven om bijgepraat te worden door Kees Beishuizen en Ben Schuurman. De planning van dit seminar wordt nu over de zomerperiode heen getild. We houden u op de hoogte!
Resultaten
Gastbijdrage Bentacera over actieve latentie
Hoewel het oorverdovend stil is aan de kant van de Staatssecretaris en iedereen op zijn ideeën wacht over de toekomst van het DGA pensioen in eigen beheer, woedt er in de accountancybranche een discussie over de correcte verwerking van de pensioenverplichting in de jaarrekening en, in het bijzonder, de stelselwijziging. Als actuarieel specialisten hebben wij dit jaar in eerdere uitgaven al onze verbazing geuit over de vermeende onduidelijkheid over de toe te passen parameters uit Richtlijn 2014-4 in de berekening van de commerciële pensioenvoorziening. Nu gaat de discussie over een gevolg van deze Richtlijn, te weten de verantwoording van de stelselwijziging. Rik Beintema en Bernhard Kraan AA van Bentacera, een betrokken abonnee, hebben wij gevraagd om hun visie hierop met u te delen. Hun standpunt geven wij hieronder onverkort, zonder hierop inhoudelijke wijzigingen te hebben toegepast, weer. Wij nodigen
lezers uit om te reageren op de stelling: “Er is geen sprake van een actieve latentie als gevolg van de stelselwijziging op grond van Richtlijn 2014-4”
Stopzetting van de pensioenopbouw en de zakelijke arbeidsbeloning
Luisterend naar geluiden uit de adviespraktijk van lezers van dit blad kunnen wij concluderen dat ruim de helft van de DGA’s die eens pensioen in eigen beheer opbouwden, de pensioenopbouw intussen heeft gestaakt. Behoudens een verplichting tot voor-indexatie indien opgenomen in de oorspronkelijke pensioenovereenkomst, nemen de pensioenaanspraken niet verder toe. De pensioenverplichting blijft wel toenemen door actuariële oprenting.
SRA worstelt met begrip beste schatting
Onlangs heeft de SRA haar praktijkhandreiking ‘Pensioen in eigen beheer’ gepubliceerd. In de afgelopen weken hebben wij veel vragen over de commerciële waardering gekregen. Het zijn enerzijds vragen die gaan over de uitgangspunten die gehanteerd moeten worden na de publicatie van de RJ-Uiting 2014-04 en anderzijds vragen over hoe de waardesprong ten opzichte van de in de afgelopen sterk ondergewaardeerde pensioenvoorziening moet worden uitgelegd aan klanten.
Eigen bijdrage en salarissen boven de 100.000,-, opletten geblazen!
Bij veel DGA’s met een pensioenopbouw in eigen beheer is er sprake van een eigen bijdrage in de pensioenregeling. Op grond van artikel 10c letter b van het Uitvoeringsbesluit Loonbelasting mag de werknemersbijdrage niet meer bedragen dan helft van de totale pensioenlast exclusief actuariële oprenting.
2015, het jaar van de waarheid voor het DGA-pensioen?!
De redactie van Pensioen-up-to-Date kijkt eind 2014 terug op wederom een roerig jaar rondom het pensioendossier van de directeur-grootaandeelhouder. Het uitvergrote verschil tussen ‘fiscaal’ en ‘commercieel’ lijkt te zijn verworden tot een self-fullfilling prophecy die de mindset van de beide staatssecretarissen heeft bepaald. Dé manier om het verschil te mitigeren is om het instrument af te schaffen. Alsof daarmee het pensioenvraagstuk van de DGA is opgelost…
DGA pensioen moet eenvoudiger, afschaffen dus
Tegelijkertijd met het Belastingplan 2015 heeft staatssecretaris Wiebes op 16 september 2014 zijn visie op de politiek noodzakelijke belastinghervorming gegeven. Conclusie: het moet allemaal eenvoudiger. Het pensioen in eigen beheer is een van de elementen dat er uitgelicht wordt. Het wordt ‘as we speak’ geëvalueerd en zo nodig met ingang van 2016 aangepast. Dat pensioen in eigen beheer in zijn huidige vorm deze evaluatie niet gaat overleven, blijkt wel uit de volgende suggestieve opmerking in deze brief. “Het pensioen in eigen beheer is te complex. De ondernemers die hun pensioen in eigen beheer willen doorgronden komen aan ondernemen niet meer toe.” In een interview met VNO/NCW geeft staatssecretaris Wiebes aan dat hij in zijn tijd als ondernemer zelf ook pensioen in eigen beheer heeft opgebouwd en dat hij er gek van geworden is. Vanuit deze vooringenomen stellingname waarin pensioen in eigen beheer weggezet wordt als complex en als een fiscaal speeltje voor adviseurs wordt de evaluatie aangevlogen. De contouren van een alternatief zijn zichtbaar geworden in de brief van Weekers in december 2013 en later in de brief van Wiebes van 2 juni 2014 met de gefiscaliseerde oudedagsreserve.
Noviteit: De hybride eindloonregeling in eigen beheer
Er zijn, ook in dit blad, veel argumenten uitgewisseld om bepaalde oplossingen voor het verschil tussen de fiscale en commerciële verplichting te promoten of juist te verwerpen. Onlangs heeft staatsecretaris Wiebes zijn licht laten schijnen over het pensioen in eigen beheer van de dga. In navolging van zijn voorganger Weekers lijkt ook Wiebes geen echte oplossing te zien voor de complexiteit van dit dga-pensioen. Wiebes blijft helaas op de kennelijk al ingezette koers naar een afschaffing van het pensioen in eigen beheer. Dit is merkwaardig, want er bestaat wel een heel eenvoudige oplossing voor het gesignaleerde probleem, maar dan moet men wel iets verder willen kijken dan de fiscale neus lang is.
Reactie Werkgroep Ondernemerspensioen Tilburg University
Onder de titel ‘Ondernemerspensioen op de reservebank. Politiek: durf de dingen bij de naam te noemen’ heeft Werkgroep Ondernemerspensioen van de Tilburg University een reactie gegeven op de brief van Wiebes van 2 juni 2014 aan de Tweede Kamer. Een samenvatting:
Het verschil tussen fiscaal en commercieel in de jaarrekening gemitigeerd
In PUTD 2014-2 zijn we uitgebreid ingegaan op de uiting 2014-1 van de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ). Deze uiting lag voor commentaar ter inzage. Wij hebben onze inbreng onverkort gepubliceerd in dat nummer. Met RJ uiting 2014-4 gaat de RJ overstag. Het resultaat van de nieuwe uiting is in onze optiek dat de grootste verschillen tussen de waardering van de pensioenverplichting van de DGA op fiscale grondslagen en de commerciële grondslagen zijn weggenomen.